Skip to content

”Het verhaal achter een ontwerp is essentieel”

Hans van den Dobbelsteen

Architect | Partner

Hans-van-den-Dobbelsteen-portret-groot

In deze reeks interviews laten we een van de partners van LKSVDD architecten aan het woord. In deze aflevering spreken we Hans van den Dobbelsteen, architect bij LKSVDD architecten en partner van het architectenbureau.

Als zakelijk directeur weet Hans van den Dobbelsteen goed wat er de afgelopen jaren is veranderd in het vak. Het architectenwerk kent twee aspecten: het ontwerpen en de technische uitwerking ervan. LKSVDD richt zich op beide aspecten. ‘’Wij geloven dat deze twee kanten elkaar nodig hebben. Daarom hebben we ons hier als bureau sterk in ontwikkeld. En dat maakt ons krachtig.’’ LKSVDD haalt opdrachten binnen die het gehele proces binnen het bureau doorlopen, van ontwerp tot technische uitwerking. Maar steeds vaker verzorgt LKSVDD ook de BIM-engineering van projecten die door anderen zijn ontworpen. Hans van den Dobbelsteen: ‘’Op die manier haal je ervaring en kennis binnen. En het helpt de BIM’ers, zich te ontwikkelen.’’

Storytelling
Hans van den Dobbelsteen richt zich graag op de beginfase van het ontwerp, het organiseren en het vinden van antwoorden op de hoofdlijnen. Daar ligt zijn kracht. ‘’Als ik weet waarom ik iets doe, weet ik ook wat ik doe. Het verhaal achter het ontwerp is essentieel. De ingrediënten voor het verhaal komen voort uit de context en de opdracht. Ik deed eigenlijk al aan storytelling voordat het woord was uitgevonden. Mijn afstudeerproject was meer een verhaal dan een ontwerp. Dat zit heel erg in mij.’’ Met zijn jaren aan ervaring in het vak biedt hij collega’s ook graag houvast en helpt hij ze verder. Deze coachende rol past hem goed, zegt hij.

Vijf nieuwe partners
Met het toetreden van vijf nieuwe partners bestaat LKSVDD architecten nu uit zeven partners. Het zegt iets over het bureau, maar ook over de huidige tijdsgeest, benadrukt Hans van den Dobbelsteen. ‘’In deze tijd is het niet meer logisch om tot over je oren in een bedrijf te participeren. Je ziet vaak dat ondernemende mensen eerder iets voor zichzelf beginnen. Maar onze samenwerking en het nieuwe collectief zegt iets over de collegialiteit en samenwerking die ons bureau ademt. Wij vullen elkaar aan. En bij alles wat we besluiten, ook het aangaan van dit nieuwe collectief, geldt hetzelfde motto: ‘wat is het beste voor het bureau’.’’

Een gebouw dat werkt
Hans van den Dobbelsteen streeft naar het ontwerpen van gebouwen die werken. En dat is iets anders dan een mooi gebouw. ‘’De discussie over wat mooi is kunnen wij niet voeren, dat is namelijk ook een kwestie van smaak. Maar een gebouw moet goed functioneren. Het is goed als het gebouw doet wat het moet doen en wanneer het past bij de droom van de opdrachtgevers.’’
Maar hoe ontwerp je een goed gebouw? “Dat kan alleen als je het doel van een gebouw begrijpt, pas dan kom je ergens.”Als voorbeeld hiervan noemt hij Thales in Hengelo, een ontwerp van LKSVDD. Hier is het landschap in zekere zin belangrijker gemaakt dan het gebouw, omdat dit aansloot bij het doel van Thales: de werkomgeving zo aantrekkelijk mogelijk maken voor jonge medewerkers uit de hele wereld. Hans van den Dobbelsteen: “Als je mensen vraagt naar hun favoriete ontmoetingsplek, kiezen ze nooit voor een ruimte ín een gebouw, maar altijd voor een plek in de buitenruimte. Bij het ontwerp hebben we daarom gebruik gemaakt van de geweldige landschapskwaliteiten van het terrein van Thales.’’

Simultaan schaken
Hans van den Dobbelsteen vergelijkt de architect soms met een schaker die op verschillende schaakborden tegelijk speelt. ‘’Je hebt te maken met veel verschillende partijen, zoals de opdrachtgever, de gebruikers van het gebouw, de stedenbouwkundige, de welstandcommissie en ga zo maar door. Als architect moet je zorgen dat jouw plan of ontwerp op al die schaakborden wint. Kijk dus niet alleen naar het gebouw dat je ontwerpt, maar kijk naar alle aspecten. Een gebouw bestaat ook uit techniek, uit mensen, de omgeving en oplossingen. Bij een integraal ontwerp optimaliseer je de technische prestatie van een gebouw door alle aspecten te laten samenwerken.’’

Ateliers, bureaus en bedrijven
Hij wijst op het bestaan van drie verschillende soorten architectenondernemingen: de ateliers, de bureaus en de bedrijven. Waar een bedrijf primair op winst gericht is, bestaat een atelier meer uit kunstenaars. De bureaus zitten daar tussenin. ‘’LKSVDD is een bureau; wij richten ons op zowel mooie ontwerpen als op de bruikbaarheid van gebouwen. Maar het is belangrijk om ook dat atelier-deel in je te hebben als architectenbureau. Je moet tijd hebben om je ontwerpen door te werken, want daar worden ze beter van. Dat atelier-denken wordt breed gedragen binnen LKSVDD. En tegelijkertijd zijn we erg doelgericht en pragmatisch.’’